Gemeenten, provincies, de rijksoverheid en uitvoeringsorganisaties benutten steeds meer technologische innovaties en gaan steeds meer datagedreven te werk. Denk aan Digital Twins en Artificiële Intelligentie (AI) om bijvoorbeeld de doorstroom in steden en op snelwegen te verbeteren, real-time monitoring van emissies bij boerderijen en webscraping/sentimeter om het publieke sentiment de doorgronden. Die ontwikkelingen hebben impact op de manier van werken van medewerkers en de organisatie, op onze samenleving en op ons als burgers en roepen daarmee ethische vragen op.
Als reactie op de hogere adoptie van dergelijke technologieën in het openbaar bestuur ontstaan allerlei waardenkaders. Die zijn vaak abstract, algemeen en statisch en richten zich vooral op de interne organisatie. Passen die wel bij de dynamiek van de digitale samenleving? En in hoeverre zijn die toepasbaar in de praktijk die per organisatie verschillend is?
De Aanpak Begeleidingsethiek ziet ethiek niet als oordeel of als iets waar je aan moet voldoen, maar wil de toepassing van technologie ethisch begeleiden. Het startpunt is de concrete technologie en de directe praktijk. En het doel te komen tot ethische aanpassingen. De Aanpak is ruim twintig keer toegepast in het openbaar bestuur en betrekt ook burgers, waardoor de ethische implicaties ook buiten de organisatie zichtbaar worden. Dat maakt een technologische innovatie niet alleen ethisch beter, maar helpt ook het draagvlak te vergoten.